woensdag 5 oktober 2022

Fragment uit de biografie 'Leonard en ik': Over Dostojewski

Op mijn zestiende had ik 'De gebroeders Karamazow' van Fedor Dostojewski gelezen. Treffend vond ik het hoofdstuk 'De Grootinquisiteur' waarin de auteur stelt dat als Jezus zich weer onder de mensen zou begeven om hen opnieuw de ware liefde te prediken, dit de Kerk in dergelijke moeilijkheden zou brengen dat de beste oplossing zou zijn Hem opnieuw aan het kruis te slaan. Voor de Kerk zijn de evangeliën immers afgesloten hoofdstukken. Jezus heeft zijn macht onomkeerbaar aan het pausdom overgedragen. De gelovigen zijn niet langer vrij in de beleving van hun liefde, maar onvrij door hun gehoorzaamheid aan de opgelegde kerkelijke regels. Een mensenleven dat met het oog op de rijke belofte van het hiernamaals louter ten dienste staat van blinde gehoorzaamheid, biedt echter geen perspectieven. Het leger van gelovigen ziet de noodzaak niet om dieper op de levensvraagstukken in te gaan, noch om enige zelfkennis op te doen. Dat leger is immers enkel op zijn eigen heil uit. Dus zou vanuit een geheel andere levensbeschouwing opnieuw de vraag kunnen gesteld worden waarvoor wij dan wel op aarde rondlopen; ook al duidt deze vraag daarmee juist aan dat we volkomen onwetend zijn. Tenminste, zo verging het mij. Want men weet. Of men weet niet. Hoewel ik zelf nog lang niet op een juist spoor zat, had ik deze tegenstrijdigheden in de Kerk al vroeg door. Hier moet ik aan toevoegen dat ik door het op mijn eigen manier nastreven van het goede - een onmogelijk ideaal - een soort van eindeloze Dostojewskiaanse weg bewandelde; wat feitelijk als gevolg van een gebrek aan aandacht, een weg is van vallen en weer opstaan, van schuld en boete, van onwetendheid. De Dostojewskiaanse mens komt nooit tot uiteindelijke vervulling; want hij mag dan wel menen een goddelijke ziel te bezitten, het lijf staat zijn recht op dit aardse leven niet af. Door de discrepantie tussen hoe hij is en hoe hij zou moeten zijn, raakt hij onophoudelijk met zichzelf in conflict, en al naargelang de omstandigheden is nu de een, dan de ander weer aan de winnende hand. De Dostojewskiaanse mens wil de dode letter overstijgen. Hij ziet zichzelf als een ongeëvenaarde Einzelgänger, maar hij blijft eeuwig onderweg. Bovendien is hij er vreselijk aan toe, want hij is ongelukkig, alleen, onbegrepen. Dostojewski heeft dit terdege beseft. Daarom schreef hij ‘De idioot’. 

 Foto: Zelfportret Leonard Baeken als verbolgen Christus - circa 1,50m - Eik